Terugblik Plantage Poëzieprijs 2019
Op 14 oktober werd in de Tangosalon in Amsterdam de Plantage Poëzieprijs 2019 uitgereikt. Er waren 3 genomineerden; Cora de Vos, Hein van der Sloot en Atze van Wieren. De prijs ging naar Atze van Wieren, een foto van Laura Samsom-Rous, met dit titelloze gedicht:
Vannacht zag ik mijn vader weer.
Hij was zo jong, hij leek op mij.
Ik was heel blij, verrast
een onderscheiding op zijn jas te zien.
Hoe komt hij toch daaraan, dacht ik,
en waarom weet ik van niks.
Hij kwam niet dichterbij, het ereteken
fonkelde, wierp licht naar mij.
Het was een middag met veel gedichten, dans en Cees van Ede zong met Joke Olie het prachtige gedicht van Leo Vroman, op muziek gezet door Antoine Omen met op de piano Loek Dikker. Luister naar het filmpje van Jan ter Heide
http://link https://www.facebook.com/Vrienden-van-de-Plantage-132289380270063
In de jury zaten , Katelijne Brouwer, Jos van Hest en Saskia van Leendert. Voorzitter was Cees van Ede.
Uit het juryverslag:
‘Het gedicht van prijswinnaar Atze van Wieren is kort, twee strofes van elk vier regels, geschreven in een eenvoudige taal, maar er gebeurt veel in. De ik-figuur ziet in een droom zijn overleden vader weer, niet als oude man, maar als leeftijdgenoot. De vader draagt op zijn jas een onderscheiding en de ik vraagt zich af hoe hij daaraan komt. Zijn vader en eremetaal – dat is voor de ik een nieuw gegeven, wonderlijk dat hij dat in een droom te weten komt. Hoewel de vader in de droom op een afstand blijft, vertelt hij toch iets nieuws. Hij maakt zich kenbaar als iemand die is onderscheiden. Een interpretatie zou kunnen zijn dat de zoon zijn vader postuum recht doet, hem waardeert door hem een onderscheiding toe te kennen. Wellicht moet je een bepaalde leeftijd hebben om met waardering naar je ouders te kunnen kijken. De jury vindt het een parel van een gedicht.’