Als kind vond ik een klein dingetje

Als kind vond ik een klein dingetje.

Waarvoor het diende, wist ik niet,
waar het vandaan kwam, wist ik niet,
het lag op straat om op te rapen.
Ik nam het mee om te bewaren
in een doosje met andere raadsels,
zodat ik het kon gebruiken later,
als ik wist waarvoor het diende,
een ontbrekend onderdeel,
iets van waarde en heel nuttig,
om de droom van een iets groots
waar te maken.

Ergens in mijn leven
ben ik het doosje kwijtgeraakt,
en ook dat kleine dingetje. Ik heb
nooit geweten waarvoor het diende,
of toevallig ontdekt wat voor
ontbrekend onderdeel het was.

Nu ik oud ben bezit ik misschien
zonder het te weten, het geheel
waarvan het een onderdeel is,
de puzzel waarvan het een stukje is,
maar helaas, ik weet niet meer
hoe het kleine dingetje eruit zag.
Zelfs als herinnering is het niet meer
mijn bezit.