Een jaar als geen ander, oranje vlammen
knetterden onstuitbaar over het veld, hoog
boven het gras vloog de kogel het doel in.
Ook wij waren winnaars, een dochter
met dijen als broodjes gierde van vreugde
omdat ze er was, in ons bed, voorgoed.
Dat ze verloren, die voetbalsoldaten, vijandig
vuur om hun oren floot – het betekende
niets, het raakte ons nauwelijks, we hadden
gewoon niet opgelet. Hoe dom, overmoedig,
onachtzaam wij waren. In dat feestelijk jaar
werd het scherpste verlies in gang gezet.